‘Den Drijhoek’ is één van de talrijke kleine wijken die Sint-Maria-Lierde rijk is. Een verzameling van een paar huizen en een hoeve. In deze verdoken enclave van groen kabbelt een beek voor je voeten, de rechtervork van de Broekebeek.
De atlas der buurtwegen van Sint-Maria-Lierde, uit 1844, leert ons dat de kern van de Drijhoek vroeger dichter bij de samenvloeiing van beide beken gelegen was en ‘De Bonteney’ werd genoemd, een mote met omwalling.
Een ‘mote’ is een kunstmatige ophoging van grond in een meestal laaggelegen, drassig gebied dat in de winter letterlijk de vluchtheuvel was voor mens en dier.
De bewoners vestigden hun huis of hoeve op die mote, waarvan een deel van de opgeworpen aarde als omwallingsgracht bleef. Er waren zeer veel dergelijke motes en beekvalleien in het drassige Zuid-Oost-Vlaanderen.
Vanaf de rustbank kijk je over de vallei van de Broekebeek met een wilgenrij die het landschap breekt. Vanaf hier een mooi doorkijkje op de ‘nieuwe’ Stuivenberg en de Langestraat. De dorpskern en de kerk blijven helaas net buiten beeld, tenzij je even naar links stapt en dan uiterst rechts kijkt.